Impact map
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Een impact map is een instrument voor strategische planning. Door gebruik van de impact map tijdens de ontwikkeling van producten:
- zie je door de bomen het bos en verdwaal je niet;
- richt je de activiteiten van teams op de gemeenschappelijke bedrijfsdoelen; en
- maak je betere keuzes op basis van de wegenkaart (roadmap).
Een impact map kent een centraal doel en daaronder drie lagen.
Centraal staat het ‘Waarom?’
- Waarom doen we dit?
- Welk doel streven we na?
- Bijvoorbeeld: 400.000 extra internationale bezoekers per jaar.
Die drie lagen zijn:
- Wie? (wat zijn de actoren?)
- Wie kunnen het gewenste effect:
- bewerkstelligen?
- belemmeren?
- Wie zijn de klanten of gebruikers van ons product?
- Wie worden er door ons product geraakt?
- Wie kunnen het gewenste effect:
- Hoe? (welke effecten willen we bereiken?)
- Hoe willen we dat het gedrag van onze actoren verandert?
- Hoe kunnen ze ons helpen ons doel te bereiken?
- Hoe kunnen ze ons belemmeren of verhinderen ons doel te bereiken?
- Wat? (welke resultaten, producteigenschappen en organisationele activiteiten kunnen we ontplooien om de effecten te bereiken?)
- Wat kunnen wij—als organisatie of team—doen om de gewenste effecten te sorteren?
Wie? (actoren)
- Behoeften & Drijfveren
- Intellectueel—de behoefte om te weten
- Esthetisch—de behoefte aan balans
- Praktisch—de behoefte om te helpen
- Individueel—de behoefte (of macht) om te scheppen
- Traditioneel—de behoefte aan orde
- Doelen en wensen
- Wat probeert de gebruiker te verwezenlijken?
- Waarom?
- Wat is de waarde of uitkomst?
- Wat is de waarde uitgedrukt in ¥€$, nu en over de managementhorizon?
- Pain or gain
- Wat is er te:
- minimaliseren;
- maximaliseren;
- creëren;
- elimineren?
- Wat is er te:
- Emotioneel—wat maakt de gebruiker:
- Bang
- Boos
- Blij
- Bedroefd
- Boete (schuldig)
- Behoeften
- Functioneel—wat is er nodig om het werk te doen?
- Kan ik het sneller, makkelijker, veiliger, goedkoper, beter?
- Persoonlijk—hoe wil de gebruiker zich voelen terwijl ze het werk uitvoert?
- Vaardig, zelfverzekerd, stoer.
- Sociaal—hoe willen gebruikers worden waargenomen terwijl ze het werk uitvoeren?
- Kijk mij toch eens met mijn iPhone.
- Functioneel—wat is er nodig om het werk te doen?
Zie ook levendige persona’s.