SIT

Track 01: Overzicht

Onderwerpen: Gesloten Wereld Principe Functional Fitness en Function Follows Form

Vijf denktechnieken: Vervangen en verwijderen Vermenigvuldigen Verbinden Opdelen en herschikken Veranderen van afhankelijkheden

Track 02: Gesloten Wereld Psychologisch fenomeen: Beperkingen voeden creativiteit–closed world—gesloten wereld Bedenk in 20 seconden iets wat nog niet bestaat. Moeilijk hè? Bedenk nu eens in 20 seconden om een nieuw work-outapparaat te verzinnen. Da's alweer wat concreter en makkelijker dan net doordat je concretere beelden voor je ziet. Nog een stapje verder: nog eens 20 seconden om een nieuw work-outapparaat voor in de auto te bedenken. Nog concreter en daarmee makkelijker om nieuwe varianten te verzinnen. Kortom, hoe enger, hoe makkelijker. Innoveren gaat makkelijker als je uitgaat van de dingen die er al zijn. Kortom, roeien met de riemen die je hebt: ga uit van de bestaande produkten en de omgeving die je al hebt.

Track 03: functie volgt vorm i.t.t. vorm volgt functie. Vijf denktechnieken van SIT. minder is meer (denktechniek verwijderen). Eerst nieuwe productconcepten, dan de functie of toepassingen ervan: functie volgt vorm. bv bodem van een drinkglas verwijderd: glazen koker: welke nieuwe toepassingen voor deze nieuwe vorm? IKEA heeft er een tandeborstelhouder van gemaakt. Geen vieze bodem meer in het glas. Track 04: Verwijderen en Vervangen verwijderen en vervangen is eerste SIT denktechniek. ga uit van de gesloten wereld en verwijder vervolgens alle deelstukken of subsystemen. Vervang pas later de verwijderde elementen door andere uit de gesloten wereld als je echt niets meer weg kan halen (occam's razor?). Volg de weg van de meeste weerstand en verwijder zolang tot er niets meer te verwijderen is. Vervang dan pas een bouwsteen door een andere bouwsteen uit de gesloten wereld. Wat zijn de meest essentiële elementen en verwijder die een voor een. Bv. toetsenbord: toetsen, bedrukking, electronica, software, frame, kabels, etc. Bv. toetsenbord zonder bedrukking. Wat kan je daarmee? Virtuele produkt. Bv voor typcursussen. Bv programmeerbare toetsen. Vb is VW Kever: verwijderen pompje voor wiswas en vervangen door luchtdruk reserveband. Track 05: vermenigvuldigen, de tweede SIT denktechniek. Kopieer een specifiek element een aantal keren in het produkt onder kleine veranderingen. Reservewiel auto is kopie gewoon wiel, maar kleiner. Thuiskomertje. B.v. elektrische motor van Toyota Privius. vermenigvuldigen in auto: kinderslot, koplampen, achteruitkijkspiegel. Extra remlicht op achterruit. Extra richtingaanwijzerslichten aan de zijkant van de auto. vermenigvuldigen de ramen, de laklaag, de stoelen, de tankopening. Tankopening aan twee kanten tankt makkelijker.

Track 06: Functional fixness (spiralisme): onbewust van de route huiswaarts. Plots thuis. Onbewust thuis. Ork, ork, ork, soep eet je met een… lepel. Denkpatronen zitten soms in de weg. Romeo en Julia liggen dood op bed. Raam staat open. Plas water op de grond. Glasscherven op de grond. Wat is hier gebeurd? Romeo en Julia zijn vissen. Door de storm waaide het raam open en viel de vissenkom op de grond en sprongen de vissen door de klap op bed en hebben het geheel niet overleefd. Een grassprietje dat maai je, een meisje van achtien… wordt negentien. Snoer oortelefoon iPod dient tevens als antenne (bij iPod Radio). Fantoompijn doorbreken met een spiegel. Doorbreek het spiralisme.

Track 07 verbinden doorbreekt spiralisme. Helpt nieuwe ideeën te vinden doordat het eigenschappen van andere produkten imiteert. Of slim gebruik maakt van produkten in de omgeving om zelf beter te kunnen functioneren. Bij verbinden ga je op verkenningstocht. Twee belangrijke vragen: Wordt mijn product waardevoller door een bestaande functie over te nemen van een ander product? Heeft het zin om die producten voor mijn produkt te laten werken? Klinkt als symbiose en mash-up, SaaS, SOA. Deze manier van verbinden heet ook wel “poor mans tool” omdat we slim gebruik maken van wat anderen al hebben ontwikkeld. Breng de gesloten wereld in kaart. Welke interne en externe en externe bouwsteunen heb je tot je beschikking? Vooral het verkennen van de externe werfeld vraagt speciale aandacht bij verbinden. De manier waarop je de externe wereld defineert bepaalt sterk het type idee dat je gaat ontwikkelen.

Meestal definiëren we verschillende externe werelden. Bijvoorbeeld voor verschillende doelgroepen met ieder een eigen set aan bouwstenen. Daarna ontwikkelen we ideeën voor elk van die werelden. De eerste stap bij verbinden is het in kaart brengen van die verschillende werelden waaruit we kunnen putten. We definiëren op die manier verschillende gesloten werelden die onderling van elkaar verschillen in het type bouwstenen wat er in voorkomt. Ontwikkel vervolgens ideeën voor elk van die werelden.

Bijvoorbeeld de dubbele functie van de achterruitverwarming als antenne. Of reklame op bussen en de achterkant van vrachtwagens.

Verbinden is een veel gebruikte manier van vernieuwen.

Carkit die de speakers van de radio gebruikt. Carkit wordt goedkoper en beiden kunnen op elkaar afgestemd worden: de radio gaat uit op het moment dat je de autotelefoon opneemt.

Versterkend verbinden: niet zomaal aan elkaar plakken. De bouwstenen moeten elkaar ook daadwerkelijk versterken. Symbiose dus weer. Mash-up. Het gezamelijke nut is groter dan van elk apart. En de verbinding moet logisch en bruikbaar zijn voor de gebruiker. 1+1=3.

Track 08: 3. opdelen en herschikken. Bv autoradio. Bediening van radio middels knoppen aan het stuur. Display in dashboard. Versterker onder bijrijdersstoel. Totaal aantal bouwstenen blijft gelijk.

Meisje wil maar met een van de twee vrienden naar een feest, maar wil en kan niet kiezen. Gaat met de gene naar het feest waarvan het achterwiel als laatste over de streep komt tijdens een fietswedstrijd. Bouwstenen: twee vrienden, twee fietsen, een parcour en het meisje. Oplossing: de twee vrienden ruilen van fiets. Vervolgens rijden beide vrienden om het hardst want de fiets waar jij op rijdt moet als eerste over de streep met het achterwiel. Dan wint jouw fiets namelijk.

Maak bijvoorbeeld het inchecken op een vliegveld makkelijker. Breng de bouwstenen in kaart: passagier, tickets, instapkaart, bagage, bagagelabel, reserveringssysteem, grondstewardess, luchthaven, vervoer naar de luchthaven, vluchtinformatiesysteem.

Een idee is om het inmiddels alweer afgeschafte systeem om bagage alsvast in te checken op een treinstation. Doordenkend over het loskoppelen van de passagier en zijn bagage, kan je ook de passagier zijn bagage zelf in het bagagesysteem laten doen en de ticket laten scannen om de juiste bestemming door te geven. Dat hoeft de grondstewardess dus niet meer te doen. Bespaart geld en tijd. Zet vervolgens de bagage incheck niet alleen in de vertrekhal, maar ook op parkeergarage en stationshal.

Als je gaat herschikken in de ruimte, gebeuren activiteiten op andere plaatsen. Dan kan je meteen nadenken over of je alles zelf moet doen of dat de gebruiker ook taken kan doen.

Track 09: 5. veranderen van afhankelijkheden Belangrijkste verschil met de andere technieken is aan de slag gaan met de variabelen die bij de bouwstenen horen. De attributen, kenmerken van die bouwstenen. De breedte, het materiaal, de zachtheid, de verstelbaarheid zijn bijvoorbeeld allemaal variabelen van een autostoel.

Er zijn twee typen variabelen: interne en externe. De waarde of instelling van de interne variabele bepaal jij of jouw organisatie zelf. Op externe variabelen heb je geen (directe) controle. Externe variabelen zijn bijvoorbeeld het type gebruiker, wijze van gebruik en eigenschappen van de omgeving waarin het produkt gebruikt wordt.

Of variabelen intern of extern zijn hangt af van je perspectief. Vanuit het perspectief van de gebruiker zijn de breedte en hoogte van de rugleuning van een autostoel externe variabelen. Voor de fabrikant zijn het interne variabelen.

Voor de autofabrikant zijn bijvoorbeeld externe variabelen zijn het gewicht en de lengte van de bestuurder van de auto. Bij veranderen van afhankelijkheden ontwikkelen we nieuwe ideeën door de relatie van afhankelijkheden tussen interne en externe variabelen te veranderen.

Ga bijvoorbeeld aan de slag met de relatie tussen het gewicht van de bestuurder en de breedte van het zitvlak. Deze zijn meestal onafhankelijk van elkaar. Voor verschillende gewichtsklasses van de bestuurder zijn er bijvoorbeeld verschillende breedtes van het zitvlak. Hoe zwaarder hoe breder bijvoorbeeld. Voordeel is dat ook de zwaardere klanten comfortabel kunnen zitten en rijden.

Terugdringen fileleed. Spitsstrook: aantal rijstroken is afhankelijk van de verkeersdrukte. Rijrichting van de spitsstrook is afhankelijk van de richting van de spits. Rekeningrijden tijdens de spits. Tarieven afhankelijk van verkeersdrukte. Diamond lane op Amerikaanse wegen (onze carpoolstrook): afhankelijk van het aantal passagiers mag je er wel of niet op rijden. Of de busstrook: alleen voor bussen en taxi's. Of verplicht rechtsrijden voor het vrachtverkeer. Zo kun je bijvoorbeeld ook verschillende tarieven voor verschillende rijstroken hanteren. Gecombineerd met rekeningrijden maak je zo de bronze, zilveren en gouden rijstrook. Brons is goedkoop edoch druk. Goud is duur edoch snel. Zodra je van strook wisselt wordt vanzelf het juiste tarief berekend. Je kan dus ook tijdelijk even van brons naar zilver naar goud en weer terug naar brons als je even in wilt halen. Dit versterkt meteen de standaardverkeersregel van rechtsrijden.

Zo kan je ook de afhankelijkheid tussen de af te leggen afstand en het aantal op- en afritten gebruiken. Als je van Apeldoorn naar Amsterdam moet heb je onderweg alleen maar last van het extra verkeer die de op- en afritten waar je toch niet van af wilt gebruiken. Dus kies voor de "intercitystrook" en kachel in één keer door.