Impact map
…je ontwikkelt een product.
✣ ✣ ✣
je wilt de (strategisch) juiste dingen doen
Een impact map is de visualisatie van het bereik (scope) en haar onderliggende aannames, in samenwerking gecreëerd door senior technische en zakelijke mensen. Het is een mind-map die ontstaat tijdens een gesprek gefaciliteerd door het beantwoorden van de vragen:
- Waarom?
- Wie?
- Hoe?
- Wat?
Daarom:
maak een impact map en beschrijf daarmee waarom, wie, hoe en wat
✣ ✣ ✣
✣ ✣ ✣
Een impact map is een instrument voor strategische planning tijdens de ontwikkeling van producten.
De impact map:
- toont je het bos, ondanks de bomen, en houdt je op het rechte pad;
- richt alle activiteiten op de gemeenschappelijke bedrijfsdoelen;
- helpt je betere keuzes te maken op basis van de wegenkaart (roadmap)
- visualiseert de dynamische relatie tussen leveringsplannen en de wereld daaromheen;
- vangt de belangrijkste aannames;
- toont het bereik van het geheel;
- helpt je met plannen en reageren op veranderingen;
- voorziet in een wegenkaart voor levering van (deel)producten;
- overzicht voor zakelijke sponsoren;
- vermindert verkwisting door het voorkomen van scope creep en over-ontworpen oplossingen;
- voorziet in focus voor opleveringen door de heldere context van de effecten die ze vermeed opleveren;
- verbetert samenwerking door een gemeenschappelijke praatplaat voor zakelijke en technische mensen.
Een impact map kent een centraal doel en daaronder drie lagen.
Centraal staat het ‘Waarom?’ zodat iedereen weet waarom we de dingen doen die we doen.
- Waarom doen we dit?
- Welk doel streven we na?
- Bijvoorbeeld: 400.000 extra internationale bezoekers per jaar.
Zie ook objective & key results.
Die drie lagen zijn:
- Wie? (wat zijn de actoren?)
- Wie kunnen het gewenste effect:
- bewerkstelligen?
- belemmeren?
- Wie zijn de klanten of gebruikers van ons product?
- Wie worden er door ons product geraakt?
- Wie kunnen het gewenste effect:
- Hoe? (welke effecten willen we bereiken?)
- Hoe willen we dat het gedrag van onze actoren verandert?
- Hoe kunnen ze ons helpen ons doel te bereiken?
- Hoe kunnen ze ons belemmeren of verhinderen ons doel te bereiken?
- Wat? (welke resultaten, producteigenschappen en organisationele activiteiten kunnen we ontplooien om de effecten te bereiken?)
- Wat kunnen wij—als organisatie of team—doen om de gewenste effecten te sorteren?
Waarom?
- Mensen op de werkvloer moeten de bedoeling van hun activiteiten weten om op de juiste manier op veranderende omstandigheden te kunnen reageren.
- Onvoorziene omstandigheden zijn een gegeven van het leven.
- Als een productmijlpaal of oplevering slaagt in haar bijdrage aan een zakelijk doel wordt dit gezien als succes, zelfs als er iets anders is opgeleverd dan oorspronkelijk beoogt.
- Als een product exact oplevert wat oorspronkelijk is beoogt maar het bedrijfsdoel mist, wordt het gezien als een mislukking.
- Het doel van een doel is:
- plannen te kunnen bezinnen zodra nieuwe informatie beschikbaar komt;
- duidelijk te maken waarom iets zinnig is (om te ontwikkelen);
- om problemen duidelijk te maken, niet om de oplossing te verduidelijken
- Druk het effect van) doelen uit in geld (¥€$).
Voorbeelden van doelen:
- Begin volgend jaar starten met handelen in Brazilië.
- Conversie met 20% laten groeien binnen drie maanden.
Wie? (actoren)
Onderzoek bij de eerste schil de doelen, behoeften en drijfveren van mensen. Hoe scherper je dit hebt, hoe groter de hefboomwerking.
- Behoeften & Drijfveren
- Intellectueel—de behoefte om te weten
- Esthetisch—de behoefte aan balans
- Praktisch—de behoefte om te helpen
- Individueel—de behoefte (of macht) om te scheppen
- Traditioneel—de behoefte aan orde
- Doelen en wensen
- Wat probeert de gebruiker te verwezenlijken?
- Waarom?
- Wat is de waarde of uitkomst?
- Wat is de waarde uitgedrukt in ¥€$, nu en over de managementhorizon?
- Pain or gain
- Wat is er te:
- minimaliseren;
- maximaliseren;
- creëren;
- elimineren?
- Wat is er te:
- Emotioneel—wat maakt de gebruiker:
- Bang
- Boos
- Blij
- Bedroefd
- Boete (schuldig)
- Behoeften
- Functioneel—wat is er nodig om het werk te doen?
- Kan ik het sneller, makkelijker, veiliger, goedkoper, beter?
- Persoonlijk—hoe wil de gebruiker zich voelen terwijl ze het werk uitvoert?
- Vaardig, zelfverzekerd, stoer.
- Sociaal—hoe willen gebruikers worden waargenomen terwijl ze het werk uitvoeren?
- Kijk mij toch eens met mijn iPhone.
- Functioneel—wat is er nodig om het werk te doen?
Zie ook levendige persona’s.